Door: Leo Aquina
Samenwerking tussen vijf clubs in verschillende sporten. Vanzelfsprekend is het niet, maar FC Utrecht, SV Kampong, Hellas Utrecht, UZSC en VV Utrecht slaan de handen ineen met Sportcampus Traiectum. De samenwerking biedt volgens een ronkend persbericht ‘Een grensverleggende combinatie van sport, onderwijs en ruimtelijke ontwikkeling, waarmee zowel breedtesport als topsport in de regio verder zal groeien.’ De sportcampus ging vorig jaar juni van start. Sport Knowhow XL maakt een rondje langs de verschillende clubs en trapt af met SV Kampong. “De sport-overstijgende visie staat voor mij centraal”, aldus performance manager Mark Borgers.
Voor Mark Borgers voelt Sportcampus Traiectum vertrouwd aan, al is het volgens hem on-Nederlands. Na tussen 2005 en 2015 te hebben gewerkt in de jeugdopleiding van Kampong vertrok Borgers in 2018 naar Nieuw-Zeeland, waar hij voor de (jeugd)opleiding van de hockeybond werkte. Toen hij mede vanwege corona belemmeringen terugkeerde naar Nederland, ging hij opnieuw bij Kampong aan de slag. De sportcampus doet hem denken aan het model zoals hij dat in Nieuw-Zeeland leerde kennen: “In Nederland wordt veel in hokjes gedacht. Sporten werken onderling nauwelijks samen en clubs onderling ook niet. In Nieuw-Zeeland vervult sport net als in Nederland een belangrijke maatschappelijke rol, maar het is anders georganiseerd. Traiectum is gericht op de pathway van atleten, daar had ik in het Nederlandse hockey nog nooit van gehoord. In Nieuw-Zeeland wordt dat op bondsniveau georganiseerd. Ze moeten wel, want jeugdsport wordt daar georganiseerd door het onderwijs. Op het moment dat een talent de school verlaat, ontfermt de bond zich erover anders ben je ze kwijt. In Nederland blijven sporters verbonden aan de club, maar die clubs zijn minder (in)gericht op de topsporter.”
"Als je alleen maar op operationeel niveau aan het werk gaat, wordt het een snoepwinkel. Dan gaat iedere club bij de buren shoppen op het terrein waar ze op dat moment even geen kennis van in huis hebben”
Sportcampus Traiectum biedt in Utrecht volgens Borgers ook de mogelijkheid om meer buiten de eigen hokjes om te denken. “Dat kun je op twee niveaus bekijken: operationeel en strategisch. Ik vind het belangrijk om vooral naar het strategische niveau te kijken. Als je alleen maar op operationeel niveau aan het werk gaat, wordt het een snoepwinkel. Dan gaat iedere club bij de buren shoppen op het terrein waar ze op dat moment even geen kennis van in huis hebben, maar dan bouw je niet aan een fundament voor de lange termijn. Op het strategische vlak heb je het over de ontwikkeling van het verenigingsleven. Vragen als: waar stel je professionals aan en welke programma’s biedt je aan? Welke gezamenlijke inkomstenbronnen en faciliteiten heb je en kun je ontwikkelen? Op dat niveau moet je afspraken maken om elkaar te versterken.”
De sportcampus wil op vier terreinen samenwerken: Sport & Talentontwikkeling, Onderwijs & Maatschappelijke Carrière, Gebied & Faciliteiten en Operatie & Aanbod. Als het gaat om opleiding en talentontwikkeling heeft Kampong zijn eigen opleidingsmodel. “Een one-pager”, aldus Borgers. “Die bestaat uit een visie een missie, een stukje hockeyinhoud en gedrag. Laten we als voorbeeld stellen dat plezier een kernwaarde is. Wij bespreken dan met onze coaches welk gedrag daar bij hoort en daar organiseren we activiteiten omheen. Plezier moet vervolgens centraal staan in de oefeningen en activiteiten. Vorige week hebben we bijvoorbeeld met de coaches door sloten en modder gerend. Daarbij maken we het gedrag bespreekbaar. Hoe houd je plezier als het moeilijk wordt?”
De samenwerking binnen de sportcampus moet volgens Borgers bestaan uit kennisdeling. “Dat is een gesprek op managementniveau”, zegt hij. “Welke trajecten hebben clubs voor hun sporters, hoe vul je dat in en hoe kunnen we elkaar daarbij helpen? Pas dan komt het op operationeel niveau uit. Bijvoorbeeld een mental coach van Kampong die bij een andere club ook iets gaat doen.”
"Wij hebben het nooit voor elkaar gekregen om één lidmaatschap te creëren waarbij kinderen verschillende sporten kunnen doen. Daar liggen gigantische kansen, zeker met de sportcampus"
Ook op de andere drie samenwerkingsgebieden moet de samenwerking volgens Borgers uitgaan van de lange termijn: “Als het gaat om onderwijs en carrière kun je kijken welke poule van sponsoren en bedrijven alle verenigingen hebben, welke programma’s bedrijven en onderwijsinstellingen hebben voor topsporters en hoe je die kunt delen. Op het gebied van faciliteiten kun je denken aan het delen van velden en accommodaties, maar ook daarvoor moet je naar het grote plaatje kijken. En als je tot slot naar het aanbod kijkt: Kampong is een omnivereniging met meerdere sporten. Wij hebben het nooit voor elkaar gekregen om één lidmaatschap te creëren waarbij kinderen verschillende sporten kunnen doen. Daar liggen gigantische kansen, zeker met de sportcampus."
Borgers is pas sinds juni 2022 terug bij Kampong. Sportcampus Traiectum is daarmee ook voor hem nog altijd een nieuw begrip. “Maar ik denk dat het grote kansen biedt. Het is uniek binnen Nederland om een samenwerking te hebben met meerdere verenigingen op strategisch niveau. De huidige tijd vraagt om innovatie binnen het verenigingsleven. Als je alleen maar binnen je eigen hokje blijft kijken, kom je er niet.”
Bron: Sport Knowhow XL (www.skxl.nl)
"Wij hebben het nooit voor elkaar gekregen om één lidmaatschap te creëren waarbij kinderen verschillende sporten kunnen doen. Daar liggen gigantische kansen, zeker met de sportcampus"
