Door: Emma Meertens
Samenwerking tussen vijf clubs in verschillende sporten. Vanzelfsprekend is het niet, maar FC Utrecht, SV Kampong, Hellas Utrecht, UZSC en VV Utrecht hebben de handen ineen geslagen met Sportcampus Traiectum. De samenwerking biedt volgens een ronkend persbericht ‘Een grensverleggende combinatie van sport, onderwijs en ruimtelijke ontwikkeling, waarmee zowel breedtesport als topsport in de regio verder zal groeien.’ De sportcampus ging vorig jaar juni van start. Sport Knowhow XL maakt een rondje langs de verschillende clubs en spreekt, na de aftrap met SV Kampong, deze keer met atletiek-, triathlon- en recreatiesportvereniging Hellas Utrecht.
“We hadden tien jaar geleden al in de gaten dat er meer mogelijk moest zijn tussen de sportverenigingen in Utrecht Oost”, zo vertelt Elliott Thijssen, oud-voorzitter van Hellas. Inmiddels is de nauwe samenwerking ontstaan in de vorm van Sportcampus Traiectum. Het initiatief wordt positief ontvangen, maar waarom is het project dan niet eerder opgestart? “Iedereen is druk bezig met het reilen en zeilen van hun eigen vereniging, je komt er dus nauwelijks aan toe om iets gemeenschappelijks op te bouwen”, aldus de oud-voorzitter. De huidige Hellas-voorzitter, Marion van den Wittenboer, erkent dat Sportcampus Traiectum een initiatief van de lange adem is. “Maar we zijn allemaal sportliefhebbers en hebben het beste voor met onze verenigingen en atleten. Daarom dragen we graag een steentje bij als verenigingen in Sportcampus Traiectum”, zo benadrukt Van den Wittenboer.
Voor Hellas waren er verschillende redenen om in zee te gaan met de andere vier verenigingen. Het eerste argument heeft te maken met de gezamenlijke ondersteuning van talenten en topsporters. Van den Wittenboer: “Van onze zestienhonderd leden zijn er misschien maar twintig topsporters. Het zou onevenwichtig zijn als wij al onze energie steken in die twintig atleten. Je zit dus een beetje in een spagaat. Hoe fijn is het dan als je de aandacht voor deze topsporters kan delen met de andere sportverenigingen die in hetzelfde schuitje zitten.”
“Als wij toppers hebben binnen de vereniging, dan stimuleert dat breedtesporters ook"
Zo zijn er plannen om voor deze topsporters huisvesting te creëren zodat ze hun sport makkelijker kunnen combineren met hun studie. Het eerste voorbeeld is de studiezaal die gefaciliteerd wordt voor deze studenten. Het project is dus vooral op topsport gericht, maar dat werkt ook positief door in de breedtesport. “Als wij namelijk toppers hebben binnen de vereniging, dan stimuleert dat breedtesporters ook. Door de prestaties van Dafne Schippers zijn meer mensen atletiek gaan doen”, legt de huidige Hellas-voorzitter uit.
Maar er zijn ook andere argumenten benadrukken zowel Thijssen als Van den Wittenboer. “Voor een vereniging als Hellas is het ook tactisch om hier onderdeel van te zijn”, aldus Thijssen. Daarmee doelt hij op de plannen die de gemeente Utrecht heeft voor de ontwikkeling van het gebied. De gesprekken die de verenigingen met de gemeente hebben zijn niet altijd makkelijk, soms heeft de gemeente andere ideeën over de uitwerking. Van den Wittenboer: “Op dat soort momenten is het handig dat we met de vijf verenigingen één integrale visie hebben over hoe die ruimte eruit moet komen te zien. Ik denk namelijk dat de stem van Sportcampus Traiectum groter is dan die van die afzonderlijke verenigingen.”
“Onze toegevoegde waarde zit hem in het feit dat atletiek de moeder der sporten is”, zo vervolgt de voorzitter van Hellas Utrecht. “In onze sport komt alles namelijk terug, van springen tot draaien en van sprinten tot werpen.” Voor Hellas voelt het belangrijk om deze skills te delen met de andere verenigingen, je kunt immers leren van elkaars sporten. Thijssen geeft een voorbeeld van hoe dit er in de praktijk uitziet: “Een van de looptrainers van Hellas geeft bijvoorbeeld looptraining bij FC Utrecht. Voor voetballers is het namelijk ook belangrijk om te leren hoe je op de meest efficiënte manier kan lopen.” Van den Wittenboer ziet nog meer kansen: “Volleyballers hebben, net als onze hoogspringers, sprongkracht nodig. Ik zou de volleyballers dan ook stimuleren om een keer mee te trainen met onze hoogspringers.”
Andersom kan Hellas ook veel leren van de andere verenigingen. De vier p’s, plezier, participatie, persoonlijke ontwikkeling en prestatie zijn de vier kernwaarden van Sportcampus Traiectum en verbinden de verenigingen met elkaar. Het feit dat bijvoorbeeld FC Utrecht veel groter is dan de Utrechtse atletiekvereniging maakt hierdoor niet uit. Want: “Ook bij FC Utrecht zijn ze bezig met die vier p’s”. Naast deze kernwaarden focust Sportcampus Traiectum zich momenteel op twee gebieden. “Enerzijds is dat het thema gebiedsontwikkeling, anderzijds is dat het aanstellen van een gezamenlijke performance coach. Deze coach kunnen alle verenigingen voor een paar uur per week inschakelen voor de ondersteuning van sporters”, aldus Van den Wittenboer. “Op die manier kan er een kruisbestuiving plaatsvinden tussen de verschillende verenigingen.”
"Ik hoop het enthousiasme over te brengen door het verhaal vaak te communiceren"
Ondanks dat het initiatief pas recent is opgestart, hoort Elliott Thijssen nu al positieve reacties. “Alleen al dat je als Hellas-lid hier bij hoort, vinden mensen fijn.” Tijdens de inspiratiessessies die momenteel worden georganiseerd wordt deze community benadrukt. Van den Wittenboer: “Maar er zijn ook Hellas-leden die niet van Sportcampus Traiectum afweten. Ik hoop het enthousiasme over te brengen door het verhaal vaak te communiceren. Maar ik snap ook dat dat tijd kost.” Wellicht dat Sportcampus Traiectum branding daar verandering in kan brengen. “Hoe mooi zou het bijvoorbeeld zijn als er over een aantal jaar bij de ingang van onze atletiekbaan een bordje hangt met ‘Dit is een Traiectum-club’.”
Bron: Sport Knowhow XL (www.skxl.nl)
"Wij hebben het nooit voor elkaar gekregen om één lidmaatschap te creëren waarbij kinderen verschillende sporten kunnen doen. Daar liggen gigantische kansen, zeker met de sportcampus"